Werkwijze
De behandeling begint met een onderzoek van het hele paard. Voor het onderzoek is het van belang dat het paard droog is (dus niet nat van de regen of van het zweet na het werken) en schoon is. Wanneer er in het onderzoek problemen worden gevonden, wordt het paard behandeld. De behandeling duurt ongeveer drie kwartier tot een uur. Om de blokkades in het paardenlichaam te verhelpen, gebruikt een osteopaat uitsluitend zijn/haar handen (manuele technieken), er komen dus geen hulpmiddelen aan te pas. Paarden accepteren de technieken over het algemeen zonder problemen. Ze hoeven daarom ook niet gesedeerd te worden voor een behandeling. Sedatie beïnvloed de behandeling zelfs negatief. Afhankelijk van de probleemregio's die gevonden worden tijdens het onderzoek, kiest de osteopaat er soms voor om naar de ligging van het zadel of hoofdstel te kijken of het paard in beweging te bekijken. Dit kan extra informatie geven.
Na de behandeling
Omdat een osteopatische behandeling een behoorlijke impact heeft op een paard adviseer ik om het paard na de behandeling een week rust te geven. Zo krijgt het paard optimaal de kans om te reageren op de behandeling en een nieuw evenwicht in zijn lichaam te vinden. Het paard mag wel in de wei, paddock of aan de hand gestapt worden. Elk paard reageert verschillend op een behandeling.
Sommige paarden zijn de eerste dagen stijf of hebben spierpijn, andere voelen zich gelijk na de behandeling veel beter. Na een week mag het paard weer rustig opgepakt worden in het werk. Hoe snel het werk kan worden opgebouwd is afhankelijk van de reactie van het paard op de behandeling.
Hoeveel behandelingen?
Hoeveel behandelingen een paard nodig heeft, hangt af van meerdere factoren, zoals de ernst van de blokkades, hoe lang deze al bestaan etc. Een paard dat al jaren problemen heeft over het algemeen meer behandelingen nodig dan een paard nog maar kort klachten aangeeft. Gemiddeld zijn twee tot vier behandelingen nodig. Een tweede behandeling wordt over het algemeen vier tot zes weken na een eerste behandeling gegeven.
Wanneer niet behandelen of de behandeling uitstellen?
In een aantal situaties kies ik ervoor een behandeling niet te doen of uit te stellen. Dit gebeurt altijd in overleg met de eigenaar.
Een dragende merrie kan behandeld worden indien de dracht zonder problemen tot stand is gekomen en er in het verleden geen drachtproblemen zijn geweest. Is je merrie dragend, dan hoor ik dat graag van je voor de behandeling zodat ik er met het gebruik van bepaalde technieken rekening mee kan houden.
Na het veulenen wacht ik meestal met het behandelen van de merrie tot het veulen vier tot zes weken oud is.
Bij acute problemen, zoals bijvoorbeeld slokdarmverstoppingen, acute kolieken, kreupelheden en koorts is osteopathie niet de eerst aangewezen therapie, maar moet je eerst je dierenarts inschakelen. Op de kliniek in Vorden werk ik ook nauw samen met de dierenartsen. Overleg met hen is altijd mogelijk.
Wanneer je twijfelt of de problemen die je met je paard hebt wel of niet geschikt zijn voor osteopathie, kun je mij altijd bellen voor overleg. Mijn telefoonnummer kun je vinden onder Contact.
Preventief behandelen
Een osteopatisch consult kan ook preventief nuttig zijn. Elk paard ligt wel eens vast of valt wel eens een keer. Het paard kan daardoor blokkades oplopen. Het kan zijn dat een paard blokkades heeft zonder dat je daar veel van merkt. Om te voorkomen dat deze blokkades in een later stadium wel klachten gaan geven en dus problemen veroorzaken laten steeds meer mensen hun paard één of twee keer per jaar preventief nakijken en eventueel behandelen.